Kaders stellen in de medezeggenschap
Tijdens de 140ste Overlegvergadering tussen Universiteitsraad (UR) en College van Bestuur (CvB) werden nieuwe kaders gesteld. De UR heeft adviesrecht én instemmingsrecht uitgeoefend op de Kadernota.
Kadernota: wat is dat?
De Kadernota 2016-2019 geeft de financiële kaders voor de opstelling van de universitaire meerjarenbegroting 2016-2019. Hierin staat beschreven op welke manier de universiteit de gelden gaat verdelen die binnenkomen vanuit het ministerie OCW en van studenten via collegegelden. Deze eerste geldstroom middelen worden verdeeld over de ondersteunende diensten, de werkbudgetten en via het Allocatie Eerste Geldstroom model (AEG model) over de faculteiten.
Instemming op hoofdlijnen van de begroting
Met de Wet studievoorschot hoger onderwijs is het instemmingsrecht op de hoofdlijnen van de begroting ingesteld. Zo’n beetje met onmiddellijke ingang. De bedoeling daarvan is dat studenten en personeel samen met de bestuurders nadenken over het onderwijs- en het onderzoeksbeleid. En met het instemmingsrecht via de medezeggenschap krijgt deze een sterkere stem in de besteding van de gelden hiervoor.
De minister heeft echter niet vastgelegd wat dan de hoofdlijnen van de begroting zijn. Dat is per instelling anders geregeld en daarom aan de instellingen zelf overgelaten om hier invulling aan te geven. Vandaar dat het best een puzzel is om vanuit de zijde van het College van Bestuur (CvB) niet teveel weg te geven en vanuit de UR zoveel mogelijk mee te mogen praten.
Dus kwamen de fractievoorzitters UR en de vice-voorzitter van het CvB een keer informeel bijeen om het voorstel van het CvB te bespreken. Vervolgens sloten de fractievoorzitters nog een keer aan bij de UR commissievergadering van Financiën en Huisvesting. Uit deze overleggen kwam het voorstel dat de hoofdlijnen voor de Leidse universiteit bestaan uit onderdelen van de Kadernota, te weten: wijzigingen in het AEG-model, de toewijzing aan ondersteunende diensten, de werkbudgetten, het werkbudget huisvesting, investeringen in huisvesting die een invloed hebben van meer dan een miljoen euro op de exploitatie, aanpassing van de budgetfactor, veranderingen in de begroting die niet in overeenstemming zijn met de kadernota en investeringen op het gebied van onderwijskwaliteit voortkomend uit de middelen studievoorschot.
In de extra UR-vergadering na de overlegvergadering werden er twee besluiten genomen over de kadernota: 1) de UR stemt in met de hoofdlijnen; 2) de UR geeft een positief advies over de rest van de kadernota. Vorig jaar was het nog alleen een positief advies over de gehele kadernota.
Volgens goed gebruik in de academie, doen UR en CvB eerst een pilot met dit nieuw verworven recht. De werkwijze in de pilot zal gelden voor de Kadernota 2016-2019 en de Begroting 2016-2019. In januari 2016 wordt de pilot geëvalueerd om vervolgens de gekozen werkwijze in het reglement vast te leggen.